circulaire-zonne-energie-1140x445.jpg

De gemiddelde levensduur voor zonnepanelen bedraagt 25 jaar. Aangezien de eerste zonnepanelen in grote getale werden geplaatst rond de eeuwwisseling, betekent dit dat een groot aantal zonnepanelen binnenkort op de 'afvalmarkt' komt

 

Een circulaire productieketen voor zonnepanelen, wat houdt dat in? Denk aan recyclage en hergebruik van ruwe materialen tot herstellen, herwaarderen en hergebruiken van afgedankte installaties.

Een berg afval, een berg mogelijkheden

De fotovoltaïsche (PV) industrie kent een gigantische groei, met name in het laatste decennium. Zowat tachtig procent van alle installaties van zonnecellen wereldwijd gebeurde in de laatste vijf jaar. Momenteel is PV wereldwijd goed voor meer dan vijfhonderd Gigawatt piekvermogen en – uitgaande van de huidige groei – verdubbelt dat naar meer dan een Terawatt tegen 2022.

De keerzijde van de medaille is dat een groot aantal van die PV-systemen het einde van hun levensduur bereiken binnen enkele jaren. Zonder afdoende maatregelen zullen deze opstapelen op de afvalberg.

Zonder het afval mee te rekenen dat ontstaat in de productieketen of door modules die worden afgedankt voor het verlopen van hun technologische levensduur (bv. door verzekeringsclaims, herinrichting van de energie-infrastructuur etc.).

Eerder dan dit te beschouwen als een onoverkomelijk probleem, wil de PV-sector het creatief aanpakken, o.a. door nieuwe verdienmodellen te bedenken doorheen de hele waardeketen. In toenemende mate besteedt de sector aandacht en middelen aan een meer gestroomlijnd productie- en onderhoudsproces om een zo kostenefficiënt mogelijke eerste levenscyclus te garanderen. En aan (economisch) duurzame modellen voor ophaling en herstelling om ook een betrouwbare en competitieve werking te garanderen tijdens een eventuele tweede levenscyclus.

Vooral focus op recyclage terwijl hergebruik ook heel waardevol kan zijn

Recyclage en hergebruik van ruwe materialen, herstellen of herwaarderen van afgedankte installaties met het oog op een tweede levenscyclus… zijn allen van belang voor een duurzame ecologische en economische toekomst van een op PV-gebaseerde energiesector.

Er is al best wat onderzoek gebeurd en er bestaan bijvoorbeeld al stroomdiagrammen om doorheen deze verschillende opties te navigeren aan het eind van de levensduur van PV systemen. Toch blijven veel inzichten relatief gefragmenteerd en ook wat eenzijdig. Veelal richten ze zich op recyclage en daaraan gerelateerde innovaties.

Het potentieel voor waarde-creatie uit hergebruik blijft tamelijk onderbelicht. Goede voorbeelden van hergebruik en herwaardering zijn schaars. Net als op het vlak van betrouwbaarheid, certificering en kwalificatie van PV-systemen in hun tweede levenscyclus. En zelfs de meest recente projecten baseren zich voornamelijk op klassieke lineaire verdienmodellen. Er is duidelijk ruimte voor bewustwording over mogelijk aanvullende waarde-creatie via circulaire businessmodellen. Bijvoorbeeld door de oorspronkelijke producenten en iedereen stroomafwaarts in de keten te betrekken bij relevante aspecten van het opzetten van een tweede levenscyclus.  

 

Circusol

CIRCUSOL (voluit ‘circular business models for the solar power industry’) is een innovatie-actieproject gesubsidieerd door het Horizon 2020-programma van de Europese Commissie. Met VITO als coördinator bestaat het consortium uit vijftien partners uit zeven landen waaronder onze zusteronderneming Futech. Het programma startte in 2018 en wil in vier jaar tijd de verschillende scenario’s formaliseren voor het einde van de eerste levensduur van PV-systemen en er de gepaste technische standaarden en wetgevende kaders voor ontwikkelen. Op basis van deze kennis wil het programma een systeem van producten en diensten (product-service system; PSS) ontwikkelen en valideren dat de implementatie van circulaire businessmodellen doorheen de keten kan ondersteunen.

De eerste inzichten uit het programma blijken al erg waardevol. Zo werd al duidelijk dat afgedankte PV-systemen momenteel als haast vanzelfsprekend in de afvalstroom terechtkomen en dan ofwel vernietigd ofwel gerecycleerd worden. Omdat het merendeel van de installaties nog ver van hun theoretische eerste levensduur zijn, bestaat deze stroom echter grotendeels uit apparaten en onderdelen die afgekeurd zijn in het productieproces of die zijn stuk gegaan tijdens transport of in hun eerste vier levensjaren.

Wetten en standaarden nodig voor ‘tweedehands’ PV-panelen

Wie bekend is met de PV-sector weet dat herstel en opwaardering van PV-systemen momenteel een relatief informeel circuit is, bestaande uit onafhankelijke private bedrijven die geen ondersteuning hebben vanuit de oorspronkelijke fabrikanten. Mede daardoor zijn er vandaag weinig inzichten en al helemaal geen standaarden in het karakteriseren van ‘tweedehands’ PV-modules of het testen van hun betrouwbaarheid. Er bestaan ook geen labels of certificering voor. Nochtans, vanuit een functioneel perspectief vallen ook deze ‘tweedehandsmodules’ onder de Europese richtlijn inzake het op de markt aanbieden van elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (2014/35/EU). En zijn de daarin beschreven conformiteitseisen en veiligheidsvoorschriften ook van toepassing.

Daarnaast richt ook de Europese richtlijn betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) (2012/19/EU) zich op de elektronische afvalstromen in de Europese lidstaten. Met als een van de vereisten dat een 85/80 (%) hergebruik/recyclage van PV-afval per massa moet gerecycleerd worden vanaf 2019. Waarbij het geen geheim is dat de technologie voor recyclage en einde levensduur nog doorontwikkeld moeten worden om aan deze en toekomstige richtlijnen te voldoen.

Al bij al voldoende redenen voor de PV-sector en aanverwante partijen om samen stappen te nemen om waarde te kunnen creëren uit deze verscheidenheid aan toekomstige mogelijkheden. Inclusief, en zeker niet beperkt tot, het ontwikkelen en uittesten van concepten waarin al bij het ontwerp rekening wordt gehouden met eventuele recyclage, herstel of hergebruik; het opstellen van protocollen voor gerichte en kost-efficiënte betrouwbaarheidstesten en karakterisering van ‘tweedehands’ PV-modules; en kosten-baten- en levenscyclus analyses voor hergebruik van PV-modules.

 

Bron: EOS WETENSCHAP